Een systeemmaatregel van jewelste

Een lange adem, een gezamenlijke kennisbasis en begrip voor elkaars werelden. Dat zijn volgens Jeroen Vinckers en Ina Konterman de voorwaarden om een systeem- maatregel zoals de faalkans- verbetering Hollandsche IJsselkering voor elkaar te krijgen.

Door de Hollandse IJsselkering nóg betrouwbaarder te maken, hoeven de dijken langs de Hollandse IJssel minder hoog. Dat is kort gezegd wat het project Faalkansverbetering Hollandsche IJsselkering voor elkaar heeft gekregen. Een systeemmaatregel van jewelste dus. Hoe ontstaat zoiets?

“Eigenlijk door een terloopse opmerking”, vertelt Ina, die vanaf het begin in 2014 betrokken was. “We werken vanuit het Deltaprogramma Rijnmond-Drechtsteden aan maatregelen om de hele regio op de lange termijn veiliger te maken. In een gesprek hierover zei de toenmalige assetmanager van de kering Lucien van Hove tussen neus en lippen dat je de faalkans ‘makkelijk’ kunt verbeteren door de twee schuiven van de kering te verbeteren, waardoor de dijken langs de Hollandse IJssel minder hoog hoeven. Dat was eigenlijk de oorsprong van het gezamenlijke project met het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard (HHSK).”

Unieke financiering

‘Makkelijk’ was het echter niet. Ina: “We moesten het technisch doorrekenen, financiering vinden, bestuurlijk commitment krijgen.” Het hoogheemraadschap was al met de voorbereiding van de versterking van de IJsseldijken begonnen (het KIJK-project), dus dan komt zo’n zijpad niet goed uit. En waarom zou het HWBP bijdragen aan een rijkskering? Ina: “Dit was echter geen regulier beheer en onderhoud, maar echt een verbetering op systeemniveau.” Fast forward: het projectteam nam horde na horde en in 2023 werd de bestuursovereenkomst getekend om de afspraken en financiering te beklinken. Het Deltaprogramma financierde de onderzoeken, het HWBP de uitvoering. Ina: “Een tamelijk unieke financiering.”

Jeroen haakte in 2019 aan bij het project, als opvolger van Lucien. Zat hij als beheerder van de kering wel te wachten op zo’n extra maatregel? “Jazeker”, zegt hij enthousiast. “Dat deze ‘oude dame’ uit 1958 nu weer helemaal klaar is voor de toekomst, is toch prachtig!” Hij licht de maatregelen toe. “In 2021 is de benedenstroomse schuif aan Rotterdamse zijde vernieuwd. Deels door een andere aandrijving die nog bedrijfszekerder is.” Daarmee is de faalkans verbeterd naar 1:200, wat betekent dat er per sluiting een kans is van 1 op 200 dat de kering niet dicht gaat.

Vergroot afbeelding Ina Konterman, Voormalig projectleider Faalkansverbetering Hollandse IJsselkering en programmamanager Deltaprogramma Rijnmond-Drechtsteden, nu onder andere teamhoofd Waterdistrict Zuid- Hollandse Rivieren Rijkswaterstaat en Jeroen Vinckers, Senior assetmanager Hollandsche IJsselkering Rijkswaterstaat WNZ
Ina Konterman, Voormalig projectleider Faalkansverbetering Hollandse IJsselkering en programmamanager Deltaprogramma Rijnmond-Drechtsteden, nu onder andere teamhoofd Waterdistrict Zuid- Hollandse Rivieren Rijkswaterstaat en Jeroen Vinckers, Senior assetmanager Hollandsche IJsselkering Rijkswaterstaat WNZ

Het vuurtje brandend houden

De bovenstroomse schuif bij Gouda wordt naar verwachting in 2026-2027 vernieuwd, waarmee de faalkans verbetert naar 1:1500 voor 2030. En de basis wordt gelegd om in 2050 de gewenste 1:2000 te bereiken. Jeroen: “We gebruiken daarbij de leerervaringen van de Rotterdamse schuif. Zo gaan we bijvoorbeeld het systeem integraal vernieuwen in plaats van een aantal onderdelen, want daarmee waren we uiteindelijk duurder uit.

“Een gezamenlijke kennisbasis is de kern en die moet op orde zijn”, zegt Ina over de lessen die ze meeneemt naar volgende projecten. “Vervolgens heb je collega’s nodig die het samen met je willen oppakken, in je eigen organisatie en daarbuiten. En met hen moet je regelmatig contact hebben om het vuurtje brandend te houden.”

“Begrip hebben voor elkaars werelden,” vult Jeroen aan. “En heel vroeg alle lagen van de organisatie betrekken. Want jij kunt wel denken dat je een fantastisch verhaal hebt, vervolgens moet het ook nog langs de juristen en communicatie. Communicatie zette ons trouwens wel met beide benen op de grond. De burger verwacht gewoon dat wij dit doen, dus je moet hier niet zo ‘blij’ over gaan doen naar de buitenwereld.” Deze manier van samenwerken tussen overheden zou inderdaad vanzelfsprekend moeten zijn, beaamt Ina. “Eigenlijk hebben we ook alles in huis hiervoor. Maar de procedures voor onder andere de financiering kunnen een stuk eenvoudiger, waardoor het voor alle partijen makkelijker wordt om ruimte te vinden voor samenwerken en een brede blik. Want de BV Nederland is hiermee gebaat en uiteindelijk komt het geld allemaal uit dezelfde pot.”

“De burger verwacht gewoon dat wij dit doen, dus je moet hier niet zo ‘blij’ over gaan doen naar de buitenwereld”