“Deze projecten zijn noodzakelijk, ook als niet iedereen erachter staat”

Dijkgraaf Co Verdaas en gedeputeerde bij de provincie Gelderland Peter van ’t Hoog werken samen aan de Projectplannen Waterwet voor dijkversterkingsprojecten langs de noordelijke Waaldijk.

In de Projectplannen Waterwet beschrijft Waterschap Rivierenland de effecten van dijkversterkingen op de omgeving. Omwonenden kunnen hun mening over het plan geven. Het waterschap en de provincie werkten intensief samen aan de projectplannen. “In principe hoeven wij het projectplan alleen goed te keuren”, vertelt Peter. “Maar wij zijn al tijdens het project betrokken. We fungeren als klankbord en denken mee. Bovendien kunnen we soms dijkprojecten koppelen aan onze doelen voor ruimtelijke kwaliteit. We hebben bijvoorbeeld samen het concept voor de Gastvrije Waaldijk ontwikkeld, dat onder andere een betere verbinding biedt tussen dorpskernen en de rivier.”

Vergroot afbeelding Twee collega's van de alliantie HWBP
Co Verdaas (links) Dijkgraaf Waterschap Rivierenland Hoogleraar Gebiedsontwikkeling en Peter van ’t Hoog (rechts) Gedeputeerde Provincie Gelderland

Vertrouwen

“Het besluit voor de Gastvrije Waaldijk werd genomen toen een aantal van de projecten al vrij ver gevorderd was”, aldus Peter. “We hebben een tussenstap ingelast om omwonenden de kans te geven een zienswijze in te dienen. Sommigen van hen waren hier ontevreden over. Zij vonden dat het hele proces opnieuw moest. Begrijpelijk, maar we voeren noodzakelijke dijkprojecten uit, ook als niet iedereen daar 100 procent achter staat.” Co: “De Raad van State heeft over de eerste vijf projecten geoordeeld dat het proces goed is doorlopen. Dan heb je er in ieder geval geen potje van gemaakt. Je wil zoveel mogelijk tegemoetkomen aan wensen en ideeën van de omgeving. Dat lukt niet altijd. Dan is het zaak helder te maken waarom het niet lukt. Wijs mensen vervolgens de weg naar het formele traject van bezwaar en beroep. Zo organiseer je op een integere manier de teleurstelling, zonder het vertrouwen te verliezen.”

Vertrouwen is ook de basis voor de samenwerking tussen Co en Peter. “We hebben goed contact”, aldus Peter. “Niet alleen Co en ik, maar ook onze organisaties onderling. De afgelopen jaren zijn provincie en waterschap elkaar meer gaan zien als collega’s met dezelfde maatschappelijke opgave.” Co: “Het klinkt misschien vanzelfsprekend, maar dat was een tijd geleden nog niet zo. Er heerste toen vaak een competentiestrijd: wie heeft het voor het zeggen? Daarom ben ik blij met hoe het nu gaat. De provincie is verantwoordelijk voor de ruimtelijke ordening, wij zijn de functionele overheid. Maar binnen die afgebakende rolverdeling werken we als partners samen. Om dat te benadrukken, rouleren we in sommige overleggen het voorzitterschap.”

Zonder papieren

“We hebben binnen de doelen van het HWBP nog een jaar of 25 te gaan”, aldus Co. “Het is daarom belangrijk om de opgedane kennis te delen. Binnen en buiten de organisatie.” Peter: “Ook deze manier van samenwerken moeten we volhouden. Benadruk de gemeenschappelijke opgave, in plaats van elkaars verantwoordelijkheden en bevoegdheden.” Co: “Je hoeft geen beste vrienden te worden. Maar als Peter en ik zouden ruziemaken, heeft dat zijn weerslag op alle projecten. Je hebt elkaar gewoon nodig. Daarom hebben we een traditie: aan het begin van een nieuwe bestuursperiode gaan we er een etmaal samen op uit. Zonder papieren, zonder beslispunten. Van zo’n investering heb je vier jaar lang plezier. En uiteindelijk scheelt het tijd, want daarna is een belletje vaak al genoeg.”

“Je wil zoveel mogelijk tegemoetkomen aan wensen en ideeën van de omgeving. Dat lukt niet altijd”