Versterken en vernieuwen
Het Waterschap Rijn en IJssel en gemeente Arnhem trekken al vanaf het begin van het project Dijkversterking Rijnkade Arnhem samen op. Paul Hardeman en Wilfred Bakker vertellen hoe versterking en vernieuwing van de kade hand in hand gaan.
Het waterschap versterkt de dijkconstructie aan de Rijnkade, die over een lengte van 1,2 kilometer is afgekeurd. De gemeente wil de drukbezochte kade aantrekkelijker maken voor bewoners, bezoekers en (horeca-)ondernemers. Het verenigen van die verschillende belangen in hetzelfde gebied gaat niet altijd zonder slag of stoot.
Het belang van de stad
De gemeente heeft een kade voor ogen die de verbinding tussen de Rijn en de stad zichtbaarder maakt. “Wij wilden daarom de kade plaatselijk verlagen”, vertelt Wilfred. “Maar het waterschap was daar in eerste instantie vanwege veiligheidsrisico’s geen voorstander van.”
Door de welwillendheid aan beide kanten was er wel altijd het vertrouwen dat ze er in overleg samen uit zouden komen. Paul: “Mijn collega’s en ik zagen ook in dat die verbinding in het belang van de stad was. Daarom kozen we voor een coupure, een opening in de kering. Bij hoogwater zet je die dicht. Zo komen we tegemoet aan de wens van de gemeente, maar doen we niet af aan de waterveiligheid.”
“Dit team kijkt voorbij de strikte taakverdeling”
Mooi en functioneel
De nieuwe kade wordt groen: de lindebomen blijven en er worden nieuwe geplant. De kademuur krijgt deels basaltkeien, waartussen bijvoorbeeld varens groeien. “Onze uitdaging zit hem in het creëren van een veilige kering en tegelijkertijd de vergroening mogelijk maken”, aldus Paul. “Het behouden van de monumentale bomen op het smalle deel van de kade bijvoorbeeld. Om ruimte te bieden aan de boomwortels gaan we in de uitvoering uiterst voorzichtig te werk. Dat vergt technische creativiteit.”
Wilfred: “Het resultaat mag er zijn. Zonder concessies aan de veiligheid van de constructie hebben we nu een duurzaam ontwerp dat zowel mooi als functioneel is.” Ook in de uitvoering moet duurzaamheid terugkomen, vertelt Paul. “In de gezamenlijke aanbesteding dagen we de markt uit om zo duurzaam mogelijk te werk te gaan. We leggen walstroom aan, zodat er geen vervuilende aggregaten nodig zijn voor aangemeerde schepen. En de aannemer gebruikt de walstroom straks voor het elektrisch materieel.”
Voorbij de taakverdeling
Zo’n intensieve samenwerking betekent veel overleggen en afstemmen. “Daar gaat veel tijd in zitten”, geeft Wilfred toe. “Maar we hebben vooral ook veel aan elkaar. Het waterschap bracht bijvoorbeeld al in 2017 de wensen en eisen van de omgeving in kaart. Op die stevige basis konden we verder bouwen.” Paul: “Op onze beurt maken we dankbaar gebruik van de kennis van de gemeente, bijvoorbeeld over archeologie en niet-gesprongen explosieven.”
Daar zit volgens Wilfred de kracht van deze samenwerking: gebruik weten te maken van elkaars expertise. “Dit team kijkt voorbij de strikte taakverdeling”, vertelt hij. “Fysiek samenkomen is dan noodzakelijk, dan schakel je sneller. Toen we tijdens de coronapandemie thuiswerkten, wisten we elkaar niet altijd te vinden. Gelukkig zitten de collega’s van het waterschap nu weer wekelijks bij ons op kantoor. De winst zit hem echt in die nauwe samenwerking.”