Dijkversterking en gebiedsontwikkeling Ooijen-Wanssum

In oktober 2016 tekende bouwcombinatie Mooder Maas – bestaande uit Dura Vermeer en Ploegam – het contract om het gebied tussen Broekhuizen en Geijsteren te beschermen tegen hoogwater vanuit de Maas. Daarmee ontstond Maaspark Ooijen-Wanssum, dat in 2020 werd opgeleverd. In dit project gingen gebiedsontwikkeling en dijkversterking hand in hand. Bij de dijkversterking is gebiedseigen grond toegepast.

Albert Gerrits en Martin van der Meer van de POV-DGG spraken met de uitvoerders: Erik Walboomers en Keesjan van den Herik van het projectbureau Ooijen-Wanssum, en met Tom Rensen  en Casper van Wijk van Ploegam (Mooder Maas).

Waarom gebiedseigen grond?

Keesjan: "Het gebruik van gebiedseigen grond was al door diverse mensen genoemd, dus we hadden al strategisch percelen opgekocht waar die grond op zou kunnen. Mooder Maas heeft het uiteindelijk technisch mogelijk gemaakt. We hebben niet gekozen voor klassieke dijken. Mooder Maas heeft speciale dijken ontworpen die opgaan in het typische Maaslandschap: hogegronddijken en steilranddijken [red: zie onder ‘technische parels’] . Er zaten wat ontzanders in het gebied. Rivierverruiming in Limburg was altijd ‘gaten graven’. Maar wij wilden iets wat past in het landschap en gaten pasten daar niet in. De marktpartijen die zich inschreven voor de opdracht kregen de vraag: je mag wel gaten graven, maar we willen wel landschappelijk kwaliteit. Mooder Maas bedacht daar een mooie oplossing voor."

Tom:  "De meeste grond kwam uit de weerden [red: Limburgs voor uiterwaarden] van Ooijen en Wanssum."

Casper: "Die grond is binnen- en buitendijks terechtgekomen."

Keesjan: "Het ging om een enorme grondverwerving van 600 hectare en 200 eigenaren, die deels die dijk helemaal niet op hun grond wilden hebben."

Hoe is de omvang van het projectgebied bepaald?

Erik:  "De scope lag vast, maar er was ruimte voor meer: niet alleen waterkering, maar ook voorlandverbetering. Dat gaf brede stroken waar de aannemer mee uit de voeten kon. Van tevoren bedachten we al dat het wat anders moest worden dan een taludje 1:3."

Keesjan:  "We hebben ook meteen de oude Maasarm al meegenomen en twee nevengeulen, omdat er een eis lag voor 35 cm waterstandsdaling."

Casper: "Omdat er alleen een functionele eis lag, hadden wij alle ruimte en vrijheid om een niet-klassieke dijk te ontwerpen. Er was ruimte om te onderzoeken, maar dat is ook wel spannend. Samen met FUGRO hebben we stap-voor-stap het ontwerp afgestemd."

Martin: "Dit was wel een risico voor Mooder Maas. Daarom is het bij de uitvraag al belangrijk dat bekend is welke grond en hoeveel er beschikbaar is, zodat je echt grondgestuurd kunt ontwerpen. Er is veel tijd gestoken in het zorgen dat de ruimte er bleef om anders te ontwerpen."

Hoe zat het met grond en percelen?

Keesjan: "Er lag een enorme grondclaim, een lastig en lang traject. Dat moesten wij regelen als opdrachtgever, maar was nog niet rond toen de aannemer begon. Dat was lastig voor hen. We hadden een kaart met de gehoopte verwerving van percelen, waarop Mooder Maas een planning had gemaakt, maar dat werkte natuurlijk niet. Maar ze hielpen ook door ontwerpen te maken die beter waren voor de grondeigenaren. Dit had een bron kunnen zijn van gedoe, maar dat hebben we niet laten gebeuren."

Tom: "Als we werkten aan een dijktraject waar we een bepaald type klei voor nodig hadden, en er was geen grond beschikbaar, dan gingen we intussen maar vast elders aan de slag. Die flexibiliteit was er van beide kanten."

Keesjan: "Wat de zandwinning betreft: dat hebben we bij de aannemer gelaten. In het inpassingsplan stond: je mag wel gaten graven en opvullen, maar alleen als dat ten dienste van het project is. Mooder Maas wilde kwaliteit leveren op een andere manier. Gevolg was wel dat we de zandwinners moesten onteigenen."

Erik: "Wat de bodemkwaliteit betreft: we hebben vooraf een bodemkwaliteitskaart gemaakt van de twee gemeenten en de provincie, maar alleen van de plekken waar gegraven ging worden."

Focus op doelen geeft innovatief resultaat

Erik: "Er lagen 5 doelstellingen als basis voor het hele project:

  • 35 cm waterstandsverlaging
  • waterveiligheid 1:250
  • economische ontwikkeling (waar 2 cm extra waterstandsverlaging voor nodig was)
  • leefbaarheid Wanssum door middel van een rondweg
  • natuur en landschap"

Keesjan: "Maar er waren geen dominante doelen, en dat zie je nu terug in het resultaat. Door de samenhangende aanpak was het logisch om het project op te hangen aan het landschap. Niet alleen de dijk, maar ook recreatie en bewoners. Ook heeft iedereen meebetaald: Rijkswaterstaat, de provincie Limburg, de gemeenten Venray en Horst aan de Maas en Waterschap Limburg. Samen hebben ze het risico gedragen en meegewerkt. Vooraf was er wel discussie over de geldinbreng, maar uiteindelijk niet meer. In andere projecten is het vaak het waterschap dat zegt: wij doen het wel, het is onze wettelijke taak. Een proces als dit vraagt wat van de opdrachtgever, dat je niet de boekhouders het project laat bepalen."

Erik: "Het waterschap wilde ook hier eerst zelf het ontwerp maken, maar als projectbureau hebben we daar nee tegen gezegd. Dan was het een standaard voorgeschreven dijk geworden. Het samenwerken van de shareholders in een integraal projectbureau maakt een wereld van verschil."

Keesjan: "Een andere aannemer had overigens misschien ook gewoon een stukje dijk gemaakt. Maar al tijdens de concurrentiegerichte dialoog, voorafgaand aan de gunning, zochten we naar innovatieve oplossingen, en daar kwam Mooder Maas uit. De provincie was de formele opdrachtgever, en geen dominante partner. Het Rijk was wel grootbetaler, maar niet de baas. Het is goed dat het Rijk het aan de regio heeft gelaten. We waren het eens over de gezamenlijke doelen.
De autonome ontwikkeling zou zijn geweest dat het waterschap de dijken had gedaan, Rijkswaterstaat de nevengeulen en de ontzanders gaten hadden gegraven. Die rondweg om Wanssum was er dan nooit gekomen. We hebben al die doelen en alle budgetten samengepakt. De gemeenten zien nu wel de voordelen in van deze doelgestuurde aanpak. Zij realiseren zich dat die rondweg en dat bedrijventerrein er anders niet waren gekomen. En het waterschap ziet dat ze een onderhoudsarme dijk hebben gekregen. Dat was ze ieder voor zich nooit gelukt voor dit geld en binnen dit tijdsbestek. Ook Rijkswaterstaat heeft geen twijfel meer over de gekozen aanpak. We hebben echt geïnvesteerd in die concurrentiegerichte dialoog. En daarna ook in de samenhang tussen projectbureau en aannemer en de samenwerking met de stuurgroep, om echt één team te worden. De aanneemcombinatie wilde het heel snel doen, dat geeft minder hinder maar is logistiek een enorme uitdaging. Het is heel knap hoe ze dit in 3 jaar tijd, onder onstabiele omstandigheden, voor elkaar hebben gekregen. Met als extra hobbels een hoogwater, explosieven, kabels en leidingen."

Tom:  "Het was een lastige uitdaging, maar doordat iedereen flexibel was, is het toch gelukt. Bij andere projecten wilden we ook in deze flow  werken, maar dat werd toch vaak meteen platgeslagen. Mijn gevoel is dat er veel meer uit nieuwe projecten is te halen. Optimalisaties van de scope maar ook nieuwe innovaties. Bij nieuwe aanbestedingen krijg ik vaak het gevoel dat dit niet mogelijk is.  Het is toch vaak ‘Doe wat we vragen’; zelfs goedkopere optimalisaties willen ze vaak niet."

Martin: "Je moet echt de ruimte bevechten om doelgericht te werken in plaats van richtlijngericht. Dat zien we ook bij de brede groene dijk, die nog in de onderzoeksfase zit. Daarin willen we leren van Ooijen Wanssum."

Keesjan: "Je moet je dan ook afvragen of mensen zo’n brede groene dijk prettig vinden. Dat is heel belangrijk!"

Tom: "We hebben boeren namelijk echt moeten overtuigen dat die hogegronddijk voor hen gunstig is. Dat het er mooier uitziet en dat het goede grond is waarop je gewoon kunt blijven boeren."

Wat zijn de technische parels?

Keesjan: "Dat zijn toch wel de hogegronddijk en de steilranddijk. ‘Verholen dijken’ noemen we ze ook wel, omdat ze niet opvallen. Hogegronddijken vormen een soort glooiing die niet opvalt als je ernaar kijkt. Een steilranddijk lijkt op een natuurlijke steilrand die je hier vaker ziet, met aan de buitenzijde natuur en aan de binnenzijde landbouw."

Martin:  "We hebben daarvoor veel uitgezocht qua grondsoort, en proeven gedaan met de ophoging voor de steilranddijk. Dat levert een interessante dataset op, want sommige stukken liggen er al 3 jaar."

Erik: "De erosiegevoeligheid was een zorg van het waterschap.  Voor het functioneren van de waterkering mag de natuurbuffer in zijn geheel wegspoelen. De achterliggende erosiebuffer is pas de eigenlijke waterkering. In het ontwerp zijn wel interventielijnen opgenomen om te bepalen wanneer de natuurbuffer zodanig is geërodeerd, dat herstel wenselijk is."

Hoe zat het met de duurzaamheid?

Albert: "Eigenlijk is het een heel mooi circulair project geworden."

Keesjan: "Als je zo gebruik kunt maken van gebiedseigen grond, is dat vanzelf duurzaam. Ook voor het landschap. Het zat niet in de uitvraag, het is mooie bijvangst, maar gaat eigenlijk vanzelf als je het zo aanpakt."

Martin: "Achteraf is de CO2-balans uitgerekend, en die was heel gunstig."

Wat raad je het HWBP aan?

Keesjan:  "Als HWBP zou je je niet als dominante opdrachtgever moeten opstellen. Bepaal de randvoorwaarden en stel middelen beschikbaar, maar laat de initiatieven aan de regio. En neem de tijd voor de verkenning. Dit project heeft 12 jaar nadenken gekost en 3 jaar uitvoering, dat had echt niet sneller gekund.
Bekijk ook snel waar de benodigde grond ligt, zodat je een match kunt maken met andere ontwikkelingen."

Tom:  "Anderzijds, ga niet vooraf ingenieursbureaus uitgebreid onderzoek en sonderingen laten doen. Laat dat aan de markt, wij doen dat liever zelf. Steek de energie in goede processen."

Erik: "Er was wel wat onderzoek gedaan, naar bodemkwaliteit en archeologie. Maar we merkten inderdaad dat in de offertefase aannemers al zelf gaan kijken om het risico een beetje af te dekken.
Keesjan:    Er is wel een inpassingsplan nodig, een idee over het gebied. Daar ligt de knip. Als je te veel verder zoekt, leg je het te vast."

Martin: "Er is toch een soort van stammenstrijd, tussen ‘sober en doelmatig’ en ‘integraal’."

Keesjan: "Ik verwijs graag naar smartrivers.nl."

Wat zou je volgende keer anders doen?

Tom: "Voor wat betreft de details zou ik van alles anders doen, maar op hoofdlijnen helemaal niks, het ging prima! We waren flexibel en gingen voor elkaar door het vuur."

Keesjan: "Maar het was wel echt heel hard werken door heel veel mensen."

Erik: "Maar het geeft veel energie als het zoiets moois oplevert."

Meer lezen