Meegroeidijk
In dit onderzoek worden dunne lagen ongerijpt baggerslib op de kruin en het binnentalud van de kering opgebracht. Bij elk van de drie deelnemende waterschappen worden veldonderzoeken uitgevoerd onder verschillende condities. Tezamen zijn deze condities de gebruikelijke van de primaire en regionale keringen in ons land. In één pilot, bij waterschap Noorderzijlvest, meerdere jaren achtereen, in een andere, hoogheemraadschap Rijnland, éénmalig en in de derde (waterschap Brabantse Delta) worden combinaties met zadenmengsels getest. Speciale aandacht gaat uit naar de hechting van de opgebrachte lagen op de ondergrond.
| Initiatiefnemer | waterschappen Noorderzijlvest, Rijnland en Brabantse Delta |
| Doel | kennis genereren over de bijdrage van het dijkverbeteringsconcept Meegroeidijk aan de waterveiligheid |
| Toepasbaar bij | primaire en regionale keringen onder zee/zoute condities, onder veen en bodemdalingscondities, onder rivier en zoet/ brakke condities |
Waarom hebben we dit project?
Het concept Meegroeidijk sluit aan bij de toegenomen belangstelling voor (1) toepassing van gebiedseigen materiaal bij dijkverbeteringen, bij (2) vermindering van de uitstoot van broeikasgassen (verkeersbewegingen en slibrijping) en (3) circulair gebruik van materialen. In de voorbereidingsfases zijn de businesscases onderzocht van drie pilot-locaties en is de wijze van opbrengen van het baggerslib ontwikkeld en zijn de vergunningsprocedures verkend en doorlopen.
In dit onderzoek vullen we de kennisleemtes die bestaan over de bijdrage van deze wijze van dijkverbetering aan de waterveiligheidsopgave. Dat gaat over de kruinhoogte, de onderlinge hechting van de opgebrachte lagen en op de ondergrond, het herstel en de dóórgroei van de vegetatie. De relatie met de materiaalvariabelen en de fysieke en meteorologische omgevingscondities worden in de kennisvorming meegenomen.
Wat is de impact van dit project?
Als blijkt, dat de Meegroeidijk aan de waterveiligheid bijdraagt, zal toepassing, naast bovengenoemde drie voordelen van duurzaamheid, een andere werkvorm en programmering van dijkversterkingsprojecten mogelijk maken. Dat kan bijdragen aan het behalen van de doelstellingen voor 2050.
Wat is het (beoogde) eindresultaat?
Het onderzoek gaat uitwijzen op welke wijze de toepassing van het Meegroeidijkconcept werkbaar en uitvoerbaar wordt gemaakt. De verzamelde kennis over de bijdrage aan de veiligheidsopgave en over de verschillende wijzes van slib opbrengen onder de verschillende condities zullen praktische leidraden opleveren voor alle waterschappen en uitvoerders. De combinatie met de kennis uit de voorbereidingsfase over de vergunningen en de businesscases zal het Meegroeidijkconcept uitvoeringsklaar gemaakt zijn.
Wie is er vanuit de alliantie betrokken?
Naast de drie waterschappen en het begeleidingsteam van HWBP en STOWA zijn betrokken bij de projectuitvoering kennis- en onderwijsinstellingen (o.a. STOWA, HAN, Van Hall-Larenstein, WMR), Klaei BV, en de Interreg Bonsaï-partners. Binnen het Bonsaï project zal de broeikasgassenuitstoot nader onderzocht worden. In aanvulling zullen het Adviesteam Dijkontwerp en de Innovatieversneller benaderd worden.
Meer weten?
Contact:
- Waterschap Noorderzijlvest – Kees de Jong, Jan Willem Nieuwenhuis
- Hoogheemraadschap Rijnland – Sanne Wesseling, Bart Hendrikx
- Brabantse Delta – Annette Kieftenburg, Marcel van der Doef
- Noorderzijlvest